Monday 23 December 2013

Tatoeage inkt mogelijk aan de basis van fratsen van topvoetballers

Onderzoekers aan de Penn State University van Pennsylvania hebben ontdekt dat chelaire metaalzouten gebruikt in tatoeage inkt aan de basis kunnen liggen van verscheidene gedragsveranderende mechanismen. Dit zou het hoge aantal publieke fratsen kunnen verklaren van een aantal topvoetballers, zoals recent bijvoorbeeld van Jonathan Legaer en Mario Balotelli.

De vorsers hebben een verband ontdekt tussen tatoeages en bepaalde persoonlijkheidsstoornissen zoals verhoogde seksuele drift, geweld en drugsgebruik. Meerbepaald zouden bepaalde componenten van de inkt hiervoor verantwoordelijk zijn, met name nikkel-, antimoon- en ijzeroxiden. Zij hebben hiervoor 90 topsporters onderzocht die minstens één tatoeage hadden en deze populatie vergeleken met topsporters die geen tatoeage hadden. De populatie met tatoeages bleek significant vaker betrokken in auto-ongelukken, langer in de discotheek te blijven hangen en vaker voor extravagante kapsels te kiezen. De grondslag van dit sociaal afwijkend gedrag bleek bij nader onderzoek te liggen bij de inktpigmenten van de tatoeage inkt. Radiografische testen wezen uit dat een gedeelte van de zoutoxides die via de tatoeagenaald in de huid ingebracht worden, vrijkomen in de bloedbaan, en door de bloedhersenbarrière geraken tot diep in de frontale kwab, waar sociale gedragsprocessen verwerkt worden. Daar zorgen ze voor bepaalde storingen in het functioneren het individu.

Deze ontdekking kan een deel van de publieke strapatsen verklaren van bepaalde topvoetballers. Zo reed Jonathan Legaer eind vorig jaar in op een tankstation, nadat hij drie jaar voordien voor dezelfde feiten veroordeeld was. Zijn advocaat overweegt nu om zijn tatoeages (waaronder de fameuze 'Vini, vidi, vici') als verzachtende omstandigheid in te roepen.

No comments:

Post a Comment